Olav Hofland schreef een rijke geschiedenis over aanpassing en overleving, waarin hij Kremlin en keuken met elkaar weet te verbinden. De overheidsbronnen, kookboeken, kranten, columns en voedseltechnologische tijdschriften, zijn met oog voor detail en liefde voor taal en vertaling gekozen. Het onderwerp bevindt zich op het historiografisch gezien zeer relevante snijvlak van politieke geschiedenis, voedselgeschiedenis en Ruslandkunde. Het verhaal is zeer goed opgebouwd en leest vloeiend, als een pageturner. Olav Hofland heeft de balans gevonden tussen droom en daad. De idealen van het post-Stalin regime over de belangrijkste brandstof: voedsel, bleken immers in werkelijkheid vooral de hond, of de beer, in de pot te zijn. "